Titel: Creatieve Stripcreatie

Doelen:

  1. Creativiteit stimuleren: Door het maken van een hoofdpersoon, bijpersonages en een verhaal, worden kinderen aangemoedigd om hun verbeeldingskracht te gebruiken en unieke personages en plotlijnen te bedenken.
  2. Verhaalontwikkeling: Kinderen leren het belang van een samenhangend verhaal met een begin, midden en einde, evenals het opbouwen van spanning en het creëren van interessante karakters.
  3. Tekenvaardigheden verbeteren: Door het tekenen van de strip leren kinderen basisvaardigheden in het tekenen, zoals compositie, lijnwerk, schaduw en expressie.
  4. Communicatievaardigheden ontwikkelen: Stripverhalen vereisen vaardigheden in het vertellen van verhalen en visuele communicatie, wat kinderen helpt om hun ideeën op een effectieve en boeiende manier over te brengen.

Waarom is dit belangrijk voor kinderen? Het maken van een stripverhaal is niet alleen leuk, maar het biedt ook verschillende educatieve voordelen voor kinderen. Het stimuleert hun verbeeldingskracht en creativiteit, helpt hen om verhalen te structureren en te communiceren via visuele middelen. Bovendien verbetert het hun tekenvaardigheden en draagt het bij aan hun zelfexpressie en zelfvertrouwen.

Het creatieve proces:

  1. Ontwikkeling van de hoofdpersoon: Kinderen worden aangemoedigd om na te denken over de eigenschappen, persoonlijkheid en uiterlijk van de hoofdpersoon. Dit helpt hen bij het creëren van een geloofwaardig personage waar ze zich mee kunnen identificeren.
  2. Creëren van bijpersonages: Nadat de hoofdpersoon is gemaakt, worden kinderen uitgedaagd om bijpersonages te bedenken die het verhaal verrijken. Ze kunnen vrienden, familieleden, vijanden of andere interessante figuren bedenken om de wereld van hun stripverhaal tot leven te brengen.
  3. Verhaalontwikkeling: Kinderen bedenken een verhaallijn met een duidelijk begin, midden en einde. Ze leren over plotontwikkeling, conflict, climax en resolutie terwijl ze hun verhaal structureren.
  4. Het tekenen van de strip: Na het ontwikkelen van het verhaal, beginnen kinderen met het tekenen van de strip. Ze gebruiken verschillende tekentechnieken, zoals het maken van lay-outs, het toevoegen van tekstballonnen, het creëren van achtergronden en het tekenen van personages met verschillende emoties en acties.

Het creatieve proces van het maken van een strip moedigt kinderen aan om hun verbeeldingskracht te gebruiken, hun ideeën te structureren en hun visuele communicatievaardigheden te verbeteren. Het is een stimulerende en plezierige activiteit die niet alleen vermaakt, maar ook educatieve voordelen biedt.

Les: Creëer je eigen stripfiguur!

Doel: Leerlingen leren hoe ze een hoofdpersoon kunnen bedenken voor hun eigen stripverhaal door middel van brainstormen, het identificeren van eigenschappen, het bedenken van een achtergrondverhaal, het toevoegen van unieke kenmerken, visualisatie en reflectie.

Benodigdheden:

  • Papier
  • Potloden/kleuren
  • Whiteboard of flip-over
  • Afbeeldingen van stripfiguren (optioneel)

Duur: 1 lesuur

Stappen:

  1. Inleiding (10 minuten):

    • Begin de les door te praten over stripverhalen en hoe ze meestal een hoofdpersonage hebben dat het verhaal draagt.
    • Toon enkele afbeeldingen van bekende stripfiguren om de aandacht van de leerlingen te trekken.
    • Leg uit dat vandaag de leerlingen hun eigen hoofdpersonage gaan bedenken voor een stripverhaal.

  2. Groepswerk - Brainstormen en eigenschappen identificeren (15 minuten):

    • Deel de klas op in groepjes van twee.
    • Geef de leerlingen 5 minuten om samen te brainstormen over ideeën voor hun stripfiguur en de eigenschappen te identificeren.
    • Moedig ze aan om vrij te associëren en alle ideeën te noteren die in hen opkomen.

  3. Groepswerk - Achtergrondverhaal en unieke kenmerken (15 minuten):

    • Geef de leerlingen nog eens 5 minuten om in hun groepjes het achtergrondverhaal van hun stripfiguur te bedenken en unieke kenmerken toe te voegen.
    • Laat ze hun ideeën bespreken en aanvullen in samenwerking met hun partner.

  4. Visualisatie (20 minuten):

    • Geef de leerlingen meer tijd (20 minuten) om hun stripfiguur te visualiseren door het te tekenen.
    • Moedig ze aan om creatief te zijn en alle details toe te voegen die ze hebben bedacht tijdens de brainstormsessie.

  5. Reflectie (10 minuten):

    • Laat de leerlingen individueel reflecteren op hun tekeningen en de eigenschappen van hun stripfiguur.
    • Moedig hen aan om na te denken over hoe hun stripfiguur zich zou gedragen in verschillende situaties.

  6. Afsluiting (5 minuten):

    • Sluit de les af door de leerlingen te complimenteren met hun creatieve ideeën en hen aan te moedigen om verder te gaan met het ontwikkelen van hun stripverhaal thuis.
    • Herinner de leerlingen eraan dat ze hun stripfiguur zullen gebruiken in de volgende les om hun stripverhaal verder te ontwikkelen.

Deze aangepaste lesstructuur bevordert samenwerking tussen de leerlingen, geeft hen meer tijd om te tekenen en biedt toch ruimte voor individuele reflectie aan het einde van de les.

Les: Creëer je eigen stripfiguur!

Doel: Leerlingen zullen leren hoe ze een hoofdpersoon kunnen bedenken voor hun eigen stripverhaal door middel van brainstormen, het identificeren van eigenschappen, het bedenken van een achtergrondverhaal, het toevoegen van unieke kenmerken, visualisatie en reflectie.

Benodigdheden:

  • Papier
  • Potloden/kleuren
  • Whiteboard of flip-over
  • Afbeeldingen van stripfiguren (optioneel)

Duur: 1 lesuur

Stappen:

  1. Inleiding (10 minuten):

    • Begin de les door te praten over stripverhalen en hoe ze meestal een hoofdpersonage hebben dat het verhaal draagt.
    • Toon enkele afbeeldingen van bekende stripfiguren om de aandacht van de leerlingen te trekken.
    • Leg uit dat vandaag de leerlingen hun eigen hoofdpersonage gaan bedenken voor een stripverhaal.

  2. Brainstormen (10 minuten):

    • Stel de leerlingen voor aan het concept van brainstormen en leg uit dat ze vrij mogen associëren en alle ideeën mogen delen die in hen opkomen.
    • Geef ze de opdracht om ideeën te bedenken voor hun eigen stripfiguur. Moedig hen aan om na te denken over verschillende aspecten, zoals uiterlijk, persoonlijkheid, hobby's, enzovoort.

  3. Identificeren van eigenschappen (10 minuten):

    • Laat de leerlingen nadenken over de eigenschappen van hun hoofdpersonage. Moedig hen aan om deze eigenschappen op te schrijven en te delen met hun klasgenoten.
    • Bespreek enkele voorbeelden van eigenschappen om hen op weg te helpen.

  4. Achtergrondverhaal (10 minuten):

    • Vraag de leerlingen om na te denken over het achtergrondverhaal van hun hoofdpersonage. Waar komt hij/zij vandaan? Wat zijn zijn/haar interesses en dromen?
    • Moedig hen aan om hun ideeën te delen met een partner en vervolgens enkele leerlingen uit te nodigen om hun ideeën met de klas te delen.

  5. Unieke kenmerken (10 minuten):

    • Laat de leerlingen nadenken over wat hun hoofdpersonage uniek maakt. Moedig hen aan om speciale krachten, eigenaardigheden of andere bijzondere eigenschappen toe te voegen.
    • Bespreek enkele voorbeelden van unieke kenmerken om hen op weg te helpen.

  6. Visualisatie en reflectie (10 minuten):

    • Geef de leerlingen de opdracht om hun hoofdpersonage te visualiseren door het te tekenen. Moedig hen aan om creatief te zijn en alle details toe te voegen die ze hebben bedacht.
    • Laat de leerlingen reflecteren op hoe hun hoofdpersonage zich zou gedragen in verschillende situaties. Moedig hen aan om hun gedachten op te schrijven en te delen met een partner.

  7. Afsluiting (5 minuten):

    • Sluit de les af door de leerlingen te complimenteren met hun creatieve ideeën en hen aan te moedigen om verder te gaan met het ontwikkelen van hun stripverhaal thuis.
    • Herinner de leerlingen eraan dat ze hun hoofdpersonage zullen gebruiken in de volgende les om hun stripverhaal verder te ontwikkelen.

Deze les biedt een gestructureerde aanpak voor het creëren van een hoofdpersonage voor een stripverhaal en moedigt de leerlingen aan om hun verbeeldingskracht te gebruiken en hun ideeën te delen met anderen.

Les: Expressieve Stripfiguren Tekenen

Doel: Leerlingen leren hoe ze hun hoofdpersonage op verschillende manieren kunnen tekenen om emoties uit te drukken, zoals rennen, huilen, lachen en praten. Ze zullen ook leren hoe ze emoties in het gezicht en lichaamstaal kunnen weergeven.

Benodigdheden:

  • Papier
  • Potloden/kleuren
  • Voorbeelden van verschillende emoties (afbeeldingen of emoticons)
  • Voorbeelden van stripfiguren die verschillende emoties uitdrukken

Duur: 1 lesuur

Stappen:

  1. Inleiding (10 minuten):

    • Begin de les door te praten over het belang van emoties in een stripverhaal. Leg uit dat stripfiguren emoties moeten kunnen uitdrukken om het verhaal levendig te maken en de lezers mee te slepen.
    • Toon enkele voorbeelden van stripfiguren die verschillende emoties uitdrukken en bespreek hoe de tekenaar dit heeft bereikt.

  2. Emoties identificeren (10 minuten):

    • Laat de leerlingen enkele voorbeelden van emoties zien, zoals gelukkig, verdrietig, boos, verrast, enzovoort.
    • Bespreek kort hoe deze emoties eruitzien in het gezicht en welke lichaamstaal ermee gepaard kan gaan.

  3. Groepswerk - Emoties tekenen (20 minuten):

    • Verdeel de klas in groepen van twee.
    • Geef elke groep een specifieke emotie om te tekenen, zoals lachen, huilen, rennen, praten, enzovoort.
    • Laat de leerlingen in hun groepjes samenwerken om hun hoofdpersonage te tekenen terwijl het de toegewezen emotie uitdrukt.
    • Moedig ze aan om zowel de gezichtsuitdrukking als de lichaamstaal in hun tekeningen op te nemen.

  4. Presentatie (10 minuten):

    • Laat elke groep hun tekening presenteren aan de klas en leg uit welke emotie ze hebben geprobeerd uit te drukken.
    • Bespreek kort wat goed werkte in elke tekening en geef positieve feedback.

  5. Individueel werk - Oefenen (10 minuten):

    • Geef de leerlingen de opdracht om individueel te oefenen met het tekenen van verschillende emoties met hun hoofdpersonage.
    • Moedig hen aan om te experimenteren met verschillende gezichtsuitdrukkingen en lichaamshoudingen.

  6. Afsluiting (10 minuten):

    • Sluit de les af door de nadruk te leggen op het belang van het uitdrukken van emoties in een stripverhaal en hoe dit kan bijdragen aan de kracht van het verhaal.
    • Moedig de leerlingen aan om thuis verder te oefenen met het tekenen van expressieve stripfiguren.

Deze les biedt een gestructureerde aanpak voor het leren tekenen van stripfiguren met verschillende emoties en lichaamstaal, waardoor leerlingen hun creativiteit kunnen uiten en hun visuele communicatievaardigheden kunnen verbeteren.

maria,

 

workscop met kinderen nog niet gedaan. 
alleen met oudere kinderen.  
Kind apart halen en ze is lief voor kinderen. ze gaan even wat anders doen. 
Kan je ook streng zijn? jawel.. maar ze is wel in omgeving geweest waar ze streng zijn maar wil wel een balans vinden.. 
Hoeveel dagen zou je willen werken: 3 dagen. zou dat kunnen? 8 tot half 3. 
Hoe geef jij structuur: ze schrijft alles op. en wil dat ook aan de kinderen geven. 

Hoeveel zou je willen verdienen: niet minder dat 1000 euro netto kan verdienen in een maand. 3 dagen in de week.  5 les uren. 15 uur. 1000 euro per maand minstens. reis kosten zelf betalen hiervan. 
proef dag te lopen met mij: 
Heb je zelf nog vragen: 
Wat zou je doen met de kinderen: denken zoals de academy. dat is er nog steeds een proces. zzp basis en een jaar is goedgekeurd. 
is dit goed: niet goed of goed zou ik het niet bestempelen, moeten we een stapje terug? misschien moeten we andere materialen gebruiken. 
Woorden: wat is een proces:
Materialen pakken mag zelf en organiseren. 
met opruimen mag 
Geduld: omgang met mensen, rust bewaren in hecktiek, en ze begrijp dat dit ook bij kinderen zo is. 


olga geen bevoegdheid, 
hoeveel dagen: 
creatief proces: goeie vraag.... afbeeldingen materialen sfeeren begint een project, duurzaam krappaal, stalen verzamelen 

veel expirimenteren, uitproberen. verschillende paden en vorm en kleurgebruik. praktisch product bezig. veel dingen uitproberen. prototpe maken. deadline stappen maken. stuctuur aanbrengen. in de klas kan dat? ze willen graag weten waar ze aan toe zijn.. 
Verdiensten: zzp basis: voorstel sturen. zzper. 3 dagen. ga ik sturen. 
ziek zijn is 
Proefdag zou ik leuk vinden. 
Dus vanuit daar ga ik een beslissing nemen: binnenkort zou fijn zijn. 
Praktisch gezien is het fijn maar ze zitter er niet aan vast. 

38 jaar
denhaag 
break op dit moment.
2013 afgestudeerd.